Mijn artikelen

Wat beweegt de noordelijke neonazi?

Uit: Trouw (16/12/2018)

De neonazistische NMR, de ‘Scandinavische verzetsbeweging’, wint al een paar jaar aan invloed. En met hen andere extreem-rechtse groeperingen in Europa. Wie zijn deze extremisten? En hoe belanden ze in dit milieu? Het verhaal van Robert Örell.

Misschien had het voorkomen kunnen worden als iemand had op- gemerkt dat hij gewoon een bril nodig had. Tegen de tijd dat Robert Örell van school kwam ging hij door het leven als een neonazi. Hij sloot zich aan bij een groeiende groep.

In 2016 maakte de neonazistische organisatie NMR, de Nordiska Motståndsrörelsen of Scandinavische verzetsbeweging, zich in Zweden meer dan 2700 keer kenbaar met demonstraties en andere vormen van propaganda. In 2008 was dat nog 184 keer, volgens de statistieken van Expo, dat onderzoek doet naar rechts-extremisme in Zweden. Het gemiddelde aantal NMR-manifestaties per Zweedse gemeente groeide in minder dan een decennium van jaarlijks één naar acht.

Örell (37) werkt tegenwoordig voor Exit, een organisatie die rechts- extremisten helpt bij het verlaten van hun radicale milieu. Als ervaringsdeskundige begeleidt hij, samen met een team specialisten, jaarlijks tientallen mannen bij de breuk met hun extremistische omgeving. Zonder reserve spreekt hij over zijn eigen achtergrond. Pas in het negende jaar van zijn schoolcarrière, vertelt Örell, werd zijn slechtziendheid vastgesteld. De jaren voorafgaand aan die diagnose voelden voor hem als een aaneenschakeling van mislukkingen. Of het met zijn eigen competitieve aard te maken had of met de ambities van zijn ouders, Örell wist zich geen raad met dit falen. Wat was zijn identiteit? Duidelijk niet die van successtudent. Het waren turbulente jaren voor Örell, waarin hij experimenteer- de met een palet aan subculturen. Hij luisterde naar heavy metal, ging gekleed in zwart. De agressieve muziek en donkere kleren waren een weerspiegeling van zijn gevoel. Boos, was hij, maar vooral van slag: dat hij ondanks al zijn pogingen niet mee kon komen met de rest. Rond deze tijd moest het pand worden gerestaureerd waar Örell les had. Alle leerlingen werden overgeplaatst naar een nabijgelegen school. Zoals dat gaat ontstond er vijandigheid tussen de twee studentenpopulaties. Een wij-tegen-zij-gevoel. Pubers, testosteron, stoer gedoe.

Vechtlust

Op die andere school zaten veel immigrantenkinderen, en een paar van hen waren lid van een randstedelijke bende. De vechtlust die de kliek uitstraalde zag Örell terug bij een handvol jongens in het jeugdcentrum waar hij buiten schooltijd vaak rondhing. Een groepje gasten, tweede generatie migranten, had het daar altijd ge- munt op een paar weerloze kinderen. Ondertussen bleef Örell zitten. Hij moest de vijfde klas overdoen. Zijn frustratie groeide.

Het waren de jaren negentig, en in Noord-Europa populariseerde een nieuw genre, de zogeheten vikingrock. Racistische groepen liftten op deze muziektrend mee. Vikingen verbeeldden de masculiene strijders die het vaderland moesten verdedigen tegen buitenlandse invloeden – en in een adem door de wereld zouden veroveren.

Het was in deze periode dat Örell het xenofobische milieu in werd gezogen. Rechts-extremisten wisten de tekortkomingen van de multiculturele samenleving kundig uit te vergroten, ter bekrachtiging van hun eigen ideologie. Ze overtuigden ook Örell. Hij werkte zich door een boek heen gedurende zijn brilloze periode: een klassiek verhaal over een voetbal-hooligan. Toen hij in de negende klas eindelijk normaal kon zien, begon het grote lezen: racistische tijd- schriften, propagandaboeken, nationaalsocialistische ideologie.

Örell ging zich met dit gedachtegoed identificeren, en eindelijk werd hem zijn rol duidelijk: hij moest een soldaat zijn, die Zweden zou beschermen. Via zijn voetbalclub kwam hij in contact met een aantal neonazi’s. Hij begon samenkomsten bij te wonen, mee te lopen in demonstraties. Het was een wild leven met veel alcohol. En het was een broederschap. Voor dit doel en voor deze gemeen- schap, dacht Örell, ben ik bereid te sterven.

Örell raakte verstrikt in een neonazistisch milieu in de tijd vóór het bestaan van de NMR. Hij bewoog zich in een los netwerk van blanke-overheersingsclubs. Het Nationaalsocialistische Front, de Nordic Reich partij, en een handvol andere ‘creatieve nationaalsocialisten’. Maar hij en zijn groep nazistische voetbalvrienden bleven onafhankelijk. De jongens geloofden niet dat een van de organisaties in staat was tot een revolutie.

Dat lag anders voor de Zweedse tak van de NMR, die in 1997 werd opgericht door een aantal sleutelfiguren van het vroegere Witte Arische Verzet. Toen dit clubje midden jaren negentig na een gevangenisstraf weer op vrije voeten kwam, zetten de leden onder een andere naam hun oude gewoontes voort. Deze nieuwe ‘verzetsbeweging’ streefde een nationaalsocialistische revolutie na en de stichting van een Groot-Scandinavië. NMR-ers pleiten voor een onmiddellijke stop op immigratie en de repatriëring van inwoners met een andere achtergrond dan de Noord-Europese. Ze waren voor Scandinavische zelfvoorzienendheid en, vanzelfsprekend, een breuk met de Europese Unie.

De NMR is extreem militant en hiërarchisch. Lidmaatschap is het eindpunt van een lange procedure waarin de gegadigde zijn loyaliteit en kwaliteiten moet bewijzen. Het dagelijkse verenigingsleven omvat de studie van antisemitische en nationaalsocialistische ideologie, paramilitaire training, leren van vechtsporten en strijdtechnieken, het opvolgen van orders. Leden worden geacht forse contributies te betalen en geregeld voor een bepaald bedrag aan NMR- parafernalia af te nemen. Jaarlijks gaat er zo’n 1,5 miljoen Zweed- se kroon, ongeveer 150 duizend euro, in de NMR rond.

De voornaamste publieke activiteit, vertelt Expo-onderzoeker Daniel Wiklander, is het simpelweg kenbaar maken van hun be- staan. “De NMR wil uitdragen dat ze een partij zijn waar rekening mee moet worden gehouden, die niet meer uit het straatbeeld weg te denken is.” Leden verschijnen vaak onaangekondigd in dorps- centra en steden, delen propagandafolders uit, scanderen nazistische leuzen. Bij tegengas schuwen ze allerminst geweld. Soms is de politie gewoon niet tegen ze opgewassen, en daarin schuilt vol- gens Wiklander het grootste gevaar. “Op het moment dat de autoriteiten het geweldsmonopolie kwijt zijn, is het de NMR die de spelregels bepaalt. Dat kan leiden tot Gouden Dageraad-achtige praktijken, met georganiseerde misdaad, het chanteren van politici.”

Het oogpunt van de NMR – het omverwerpen van de Zweedse democratie – is nog ver weg, toch kan ook een kleine club extremis- ten serieuze schade aanrichten, zegt Wiklander. Met hun groeiende aanwezigheid oefenen ze ook invloed uit op het publieke debat. Vooral op sociale media blijkt de grens tussen rechts-populistische islamofobie enerzijds en uitgesproken racisme en blanke-overheersingsideologie anderzijds poreus. De verschillende nationalistische kampen luisteren naar elkaars podcasts. Kopiëren elkaars terminologie.

“Wat je ziet gebeuren in landen met een actieve neonazistische be- weging”, zegt historicus Richard Evans, “is dat ze de politieke dis- cours naar zich toetrekken. De meeste neonazi’s in Europa opereren nog altijd in de marge, maar ze hebben wel het effect extreem- nationalistische en xenofobische standpunten te normaliseren, ook bij de meer gematigde politieke partijen.”

Het tijdschrift ETC Dagens verdiepte zich in het – onofficiële – ledenbestand van de Zweedse NMR. Met behulp van tips, fora en datalekken stelden zij een lijst samen van zo’n 800 à 1000 Zweden die de NMR financieel of anderszins steunen. Aan de hand van deze lijst namen creëerden ze een profiel van de ‘gemiddelde Zweedse nazi’. Die heet Daniel, is 33 jaar, woont in Gotenburg, heeft werk of leeft van een uitkering, gaat gewapend met een mes de deur uit en is veroordeeld voor een misdrijf. Expo stelde eerder al vast dat zeker de helft van de NMR-leden een strafblad heeft. Negen van de tien neonazi’s is man, de meest actieve leden leven in een sektarisch-aandoend milieu en de meerderheid heeft gebroken met vroegere vrienden en familie. Een veelvoorkomend mis- drijf is geweld tegen politie, tegenstanders, of simpelweg het ‘publiek’ dat op hun pad komt, maar veroordelingen voor pogingen tot moord zijn ook niet ongewoon.

“De meest radicale rechts-extremistische beweging”, zegt Wiklander, “is nu ook de meest dominante.” Afgelopen herfst nog kregen drie mannen met banden tot de NMR gevangenisstraffen opgelegd voor een drietal bomaanslagen in Gotenburg.

Wankelend geloof

Het was niet het nazisme zelf, maar de gemeenschap die Örells ge- loof op den duur deed wankelen. Zijn kameraden waren geen ge- dreven studenten van de ideologische lectuur, ze aten ongezond, waren vaak onder invloed. Het waren, kortom, geen toegewijde neonazi’s. Tijdens een mars in Denemarken zei een van zijn maten dat hij zoveel van de jongens in zijn team hield, dat hij bereid was zijn leven voor ze te geven.

Bij Örell knapte er iets – dit was ronduit sneu. Terwijl Örell zich bekommerde om de toekomst van het Zweedse ras, had deze jon- gen het over sterven voor een voetbalclub. Örell stopte met drinken, liet de feestjes aan zich voorbijgaan, begon met thaiboksen. En hij meldde zich aan voor het leger. Want dat was toch een belangrijk onderdeel van de zaak: soldaat zijn in de ophanden zijnde revolutie. Tien maanden zat hij in militaire dienst. Dat betekende een periode van afstand tot zijn vrienden, tot het neonazistische milieu. Eindelijk, misschien wel voor het eerst in zijn leven, ervoer Örell in het leger een gevoel van competentie, van eigenwaarde. Het nazisme, realiseerde hij, had bij hem gefaald. Hij ging de beweging zien voor wat het was: een toevluchtsoord voor verloren zielen. Örell kwam in contact met Exit, en trok zich terug uit het milieu.

Nu, zo’n twintig jaar later, is Örell Exits directeur. De hulp die hij en zijn collega’s bieden is divers en sterk afhankelijk van diegene die ze voor zich hebben, vertelt hij, en bestrijkt het spectrum van psychologisch tot heel praktisch – het organiseren van persoonlijke beveiliging bijvoorbeeld, het vinden van werk en woning, hulp bij het verwijderen van tatoeages met nazistische signatuur. In opdracht van de Europese Commissie organiseert Exit, met haar reputatie als een van de meest doorgewinterde deradicaliseringsorganisaties, trainingen in binnen- en buitenland.

Wat veroorzaakt vandaag de dag de consolidatie van de leidende neonazistische groepering, de NMR? Volgens Expo-onderzoeker Daniel Wiklander hangt hun groei vooral samen met het feit dat veel andere blanke-overheersingsgroeperingen in de afgelopen tien jaar zijn ontmanteld. Voorheen kende Zweden verschillende concurrerende organisaties, maar door het uit elkaar vallen van ondermeer de rechtsextremistische Partij van de Zweden, na een mislukte verkiezingscampagne, wist de NMR veel partijloze extremisten te absorberen.

Cambridge-historicus en nazi-deskundige Richard Evans wijst ook naar de algemene, Europa-brede ontwikkeling richting het populisme als oorzaak van een groeiend aantal radicaal-nationalisten. In Scandinavië, maar bijvoorbeeld ook in Hongarije, Slowakije en Griekenland. De Zweedse neonazi’s profiteren bovendien van een toename in aandacht die ze genereren met hun manifestaties, op online fora, via hun eigen podcasts.

“Ze worden steeds kundiger in het bespelen van de media”, zegt Wiklander, bijvoorbeeld met de aankondiging van hun demonstratie vorig najaar in Gotenburg als ‘de grootste sinds de jaren ’40’ en het samenvallen van die optocht met Jom Kipoer, de joodse feest- dag van verzoening. Alle nieuwsredacties hapten toe. “Degenen die de rechts-populistische Zweden Democraten nog te tam vinden in hun nationalisme en racisme”, zegt Wiklander, “of jonge mensen die simpelweg op zoek zijn naar een coterie, stuiten al snel op de NMR.”

Dikwijls herkent Örell zichzelf in zijn cliënten. “Het zijn vaak mannen met ernstige problemen, voor wie het neonazisme ineens hét antwoord lijkt op alles dat er misloopt. Bij de NMR kunnen ze hun schaamte en frustratie afreageren op een ander. Zelden komt het voor dat ze eerst ‘Mein Kampf’ hebben gelezen.”